Een hardnekkig volkslied, by Janouk de Groot

In this series of blog posts (some in English and some in Dutch) we examine a number of interesting Dutch women writers featured in the forthcoming exhibition, “Because I had something to say” (Omdat ik iets te zeggen had), starting in the Museum of Dutch Literature on the 30th September, and continuing until the 15th November 2015.  The exhibition is accompanied by a workshop, “Women’s History, Research, Dissemination and the role of the Digital”, at the KB National Library of the Netherlands, 29th-30th  September 2015.

 Wat als Twitter, Instagram en Facebook honderd jaar geleden al hadden bestaan? Die vraag schoot door mijn hoofd terwijl ik materiaal bekeek voor de tentoonstelling “Omdat ik iets te zeggen had”. Ik stuitte daarbij al snel op een opvallend citaat van Catharina van Rees (1831-1915)[i], die tegen Elise van Calcar verzuchtte:

“Het Transvaalsche Volkslied heeft mij zóóveel leed bezorgd, dank zij Hollandsche geldzucht, naijver en onverschilligheid, dat ik ‘t liever niet gemaakt had”  Darmstadt, 29 april 1901[ii]

Wat had het volkslied voor de componiste en feministische schrijfster wel niet teweeggebracht, om aan haar deze verbitterde uitspraak te ontlokken? Mijn zoektocht naar een antwoord op die vraag bracht me bij allerlei krantenartikelen en ingezonden brieven van rond 1900[iii]. Wat was er precies gebeurd?

Wanneer Thomas Burgers, als president van de Zuid-Afrikaansche Republiek, in 1875 in Europa op zoek gaat naar een lied dat zijn volk vol trots kan meezingen, gaat Catharina van Rees enthousiast aan de slag. Nog geen maand later kan een tevreden Burgers, waarmee de componiste al lang bevriend is, het voltooide werk meenemen naar Afrika en wordt het tevens ter uitgave afgeleverd bij muziekhandel H. Rahr in Utrecht.

So far so good… Maar dan gaat het mis.

Schijnbaar tegen de afspraak in ontvangt Van Rees niets van de opbrengst van het volkslied, en publiceert Rahr zonder toestemming van de componiste nog meerdere drukken.[iv] Door enkele misverstanden wordt het Transvaalse Volkslied bovendien al snel beschouwd als publiek eigendom. Vanaf dat moment wordt het lied vaak zonder vermelding van Van Rees’ naam verspreid, tot grote, openlijke frustratie van de componiste zelf:

“Nooit heb ik iets anders van mijn lied genoten, als de voldoening, dat ik het gemaakt heb; mij deze eenige vergoeding ook nog te ontnemen, is stuitend en tevens anti-nationaal.”[v]

Wat volgt is een situatie van verwarring rond het auteurschap van het Transvaalse volkslied die vele decennia voortduurt. Zo ‘verbetert’ in 1901 een journalist van Het nieuws van den dag voor Nederlandsch-Indië zijn collega bij de Java-bode: het volkslied is toch echt geschreven door Catharina van Rennes![vi]

 

photo 1

En wat voor een feministe als Van Rees misschien nog wel het meest onuitstaanbaar is geweest: uiteindelijk wordt het lied toegeschreven aan de bekende – mannelijke – componist Richard Hol. Het officiële volkslied van Transvaal is het dan al lang niet meer: in 1876 is het lied al door een andere compositie vervangen, en Burgers’ Republiek bestaat niet meer.

Als haar kennissenkring (met bekende namen als Betsy Perk, Elise van Calcar en Top Naeff) Catharina van Rees ter ere van haar 70ste verjaardag ƒ150,- achterstallig Nederlands honorarium voor het Transvaalse volkslied opsturen, maakt de schrijfster in de Arnhemsche courant bekend deze “kleine geldsom […] ter beschikking te stellen van de ijverige helpers der heldhaftige, wreed gepijnigde Boerenvrouwen in Zuid-Afrika.”[vii] De gedane schade is voor Van Rees duidelijk niet meer te repareren.

photo 2

Ondanks dat Catharina van Rees nog meerdere keren haar frustratie uitspreekt, en het volkslied zelfs nog opnieuw – mét haar naam op het titelblad – laat publiceren in Duitsland, komt het tussen haar en het volkslied nooit meer helemaal goed. De gezaaide verwarring over de oorsprong van het Transvaalse volkslied blijkt zo hardnekkig dat in verschillende online databases[viii] en zelfs in een artikel[ix] gepubliceerd door de Volkskrant in 2000 (!) Richard Hol nog altijd als componist wordt aangewezen (al krijgt Van Rees hier wel credits voor het schrijven van de tekst).

Toch kan dit niet aan de pogingen van Van Rees hebben gelegen, zou je zeggen. Zowel als componiste als als schrijfster probeert ze de touwtjes in handen te houden. Wat daaruit volgt is eigenlijk een soort socialmedia-affaire avant la lettre, waarbij ook andere auteurs voor haar in de bres springen. Ik vermoed dan ook dat Catharina van Rees anno 2015 gretig gebruik zou hebben gemaakt van Twitter, Instagram en Facebook om zichzelf als sterke schrijfster en componiste te profileren. Misschien was de ‘volksliedaffaire’ dan beperkt gebleven tot een storm in een glas water?

TENTOONSTELLING / EXHIBITION:

“Omdat ik iets te zeggen had” / “Because I had something to say”

Nederlandse schrijfsters uit de 19e eeuw / Dutch women authors from the 19th century

Letterkundig Museum / Museum of Dutch Literature 30 september-15 November 2015

WORKSHOP:

Women’s History, Research, Dissemination and the role of the Digital

KB National Library of the Netherlands 29-30 September 2015



[i] Voor uitgebreide informatie over Catharina F. van Rees, zie Jensen, Lotte, ‘Rees, Catharina Felicia van (1831-1915)’, in Biografisch Woordenboek van Nederland. Online: http://resources.huygens.knaw.nl/bwn1880-2000/lemmata/bwn6/rees

[ii] Brief aan Elise van Calcar, 29-4-1901 (Letterkundig Museum).

[iii] Waarbij ik dankbaar gebruik heb kunnen maken van www.delpher.nl, een database met miljoenen pagina’s uit kranten, boeken en tijdschriften online, ontwikkeld door de Koninklijke Bibliotheek.

[iv] Dit is de gang van zaken zoals Catharina van Rees die toelicht in de pers. Zie bijvoorbeeld ‘Het Transvaalse Volkslied’. Algemeen Handelsblad 72 (13-12-1899) Online: http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010163337:mpeg21:a0021

In reactie hierop stelt de uitgever H. Rahr onder andere dat hij met eigen risico en vermogen de eerste druk heeft uitgegeven, en dat Van Rees pas van zich liet horen toen het volkslied bekendheid begon te krijgen. Zie: ‘Het Transvaalse Volkslied’. Algemeen Handelsblad 72 (16-12-1899)  Online:

http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010163343:mpeg21:a0018

[v] ‘Het Transvaalse Volkslied’. Algemeen Handelsblad 72 (13-12-1899) Online: http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010163337:mpeg21:a0021

[vi] ‘‘n Lapsus.’ Het nieuws van den dag voor Nederlandsch-Indië (01-06-1901) Online: http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010132939:mpeg21:a0007

Hierop reageert ene ‘Carlo’ dat het ‘Boerenlied’ wel degelijk van Van Rees is: ‘Het Transvaalsche Volkslied’. Het nieuws van den dag voor Nederlandsch-Indië (04-06-1901) Online: http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010132940:mpeg21:a0009

[vii] ‘Kunst en Wetenschappen – Cath. F. van Rees.’ Algemeen Handelsblad 74 (28-08-1901) Online: http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010647666:mpeg21:a0024

[viii] Zie bijvoorbeeld de databases van National Anthems, geraadpleegd 07-09-2015: http://www.nationalanthems.info/tvl.htm (inclusief geluidsfragment) en de Nederlandse Liederenbank, geraadpleegd 07-09-2015: http://www.liederenbank.nl/liedpresentatie.php?zoek=131851&lan=en

[ix] Blokker, Jan, ‘Op de wijze van Transvaal’ de Volkskrant (04-02-2000) Online: http://www.volkskrant.nl/boeken/op-de-wijze-van-transvaal~a564241/